Zuidelijk Limburg heeft veel moois te bieden. Buiten het (vaak heuvelachtige) landschap en de mooie natuur, trekt ook de geschiedenis en cultuur van de vele gemeenten in Zuid-Limburg de aandacht van de Limburger en andere Nederlanders. Heerlen mag in dit opzicht zeker een een van de interessantere steden genoemd worden.
Heerlen is de grootste gemeente uit de Oostelijke Mijnstreek. De laatste jaren is Heerlen bezig zichzelf te vernieuwen en lijkt het zich steeds meer de stempel van culturele stad toe eigenen. En niet geheel onterecht natuurlijk. Maar zijn er in dit opzicht niet genoeg (Zuid-Limburgse) steden aan te wijzen die een cultureel verleden bezitten en het bestuderen waard zijn?
In principe wel. Denk aan de Limburgse hoofdstad Maastricht. Het wil niet alleen Limburgs’ Hoofdstad zijn. Culturele Hoofdstad van Europa 2018 worden, dat is wat Maastricht ambieert. De rijke historie, en de cultuur die er dagelijks op straat opgesnoven kan worden, maken deze ambitie dan ook zeker begrijpelijk.
Verschil met het eerder genoemde Maastricht is echter dat Heerlen duidelijk te maken heeft met ‘krimp’. Jawel, de bevolkingskrimp. Dit in tegenstelling tot Maastricht. Samen met steden als Amsterdam, Haarlem, Utrecht en Groningen vormt Maastricht een van de aantrekkelijkste steden van Nederland, omdat het steden zijn waar mensen graag willen wonen vanwege de gunstige ligging en de aanwezige cultuur. Aan dergelijke gemeenten gaat de bevolkingskrimp voorbij, zo kon de men op 30 november in het Limburgs Dagblad lezen. Hierin werd een proefschrift van Gerard Marlet aangehaald.
In een stad als Heerlen zou de geschiedenis en cultuur echter niet als minder belangrijk mogen worden aangeduid. Vooral met de vele oudere inwoners van de stad en een krimp in het vooruitzicht (dat in tegenstelling tot Maastricht wel degelijk een stempel op de stad zal gaan drukken) lijkt ons juist nú het moment, om de geschiedenis en verhalen van Heerlen vast te leggen.
Zo zijn er in de stad vele interessante verhalen over het mijnverleden te horen. Toch herinnert momenteel nog maar relatief weinig aan dat steenkoolverleden van de stad. Waar voorheen steenbergen waren, liggen nu woonwijken of parken. Ook de koeltorens en grote schoorstenen (zoals de in de volksmond aangeduide ‘Lange Jan’) zijn verdwenen.
Aan de andere kant zijn er wel nog genoeg punten in Heerlen bewaard gebleven die herinneren aan de tijd dat Heerlen een groeigebied was. Denk bijvoorbeeld aan de markante gebouwen die de Heerlenaar iedere dag nog tegenkomt, zoals het in 1935 gebouwde Glaspaleis van opdrachtgever en lokale winkelier Peter Schunck.
De geschiedenis en verhalen van deze 89.287 inwoners tellende stad vastleggen: dat zou je natuurlijk op verschillende manieren kunnen doen. Een van de manieren is een saai overzicht van feitjes gaan verzamelen en zo een grote database bijhouden van de informatie die je in de loop der jaren hebt gevonden. Naar onze mening is dit niet zo’n aantrekkelijke manier.
Een interessantere manier is een platform te starten waarop de verhalen van Heerlenaren vastgelegd kunnen worden. Wellicht in de eerste plaats vastgelegd en beschreven door ons zelf, namelijk door herinneringen die we van hen te horen krijgen om te schrijven tot boeiende historische verhalen.
Maar op ten duur zou het platform ook voor een belangrijk gedeelte gevormd moeten worden door verhalen die de gemiddelde Heerlenaar (en inwoners van de omstreken) zelf schrijven. Op de twee genoemde manieren onstaan er namelijk verhalen die recht vanuit het hart van deze in de Oostelijke-Mijnstreek gelegen stad komen. Op ten duur moet het niet enkel bij een website blijven, maar zou het platform ook een voorzet moeten zijn voor diverse andere mogelijkheden. Waardoor de geschiedenis van toen, ook zijn plek krijgt in het Heerlen van nu. Dit platform hebben wij ‘Heerlen Vertelt’ gedoopt.