Waar nu duizenden mensen per dag gebruik maken van het openbaar vervoer om in of uit Heerlen te komen gaat dat merendeels met de autobus. Maar vanaf medio jaren twintig tot begin ’50 kon dat ook met een heel ander vervoermiddel, namelijk de elektrische trams van de LTM. In de Stationsstraat, de Saroleastraat en het toenmalige Emmaplein moest je altijd goed uitkijken met oversteken.
Op 1 juni 1922 werd de normaalsporige (stoom)tramlijn Heerlen-Staatsmijn Emma door de Limburgse Tramweg Maatschappij (LTM) overgenomen van de Limburgse Elektrische Spoorweg Maatschappij (LESM). Deze lijn was in bezit van de Staatsmijnen, maar werd sinds 1918 door de LESM geëxploiteerd. In 1923 werd deze lijn geëlektrificeerd en doorgetrokken naar Sittard en zou uiteindelijk de drukste tramlijn worden. In 1924 werd deze lijn uitgebreid met een zijtak vanaf de Emma naar Brunssum waar de Staatsmijn Hendrik was. Een jaar later werd het net uitgebreid met een tramlijn naar Kerkrade (Holz). Tot slot werd in 1928 vanaf Valkenhuizen een zijtak aangelegd naar De Locht (grens). Zowel in Kerkrade als De Locht kon daarna verder gereisd worden met smalspoortrams naar Aken.
Vanwege de continuedienst van de mijnen reden de trams vrijwel dag en nacht, maar als ze toch gestald moesten worden of een onderhoudsbeurt dienden te ondergaan, dan reden ze naar de remise aan de Grasbroekerweg. De huidige LTM-weg herinnert nog aan de plek waar deze remise heeft gestaan. Trams uit Sittard/Brunssum bereikten het centrum van Heerlen via de spoorwegtunnel bij de toenmalige ON-1. Aan het eind van die tunnel reden de trams linksaf via de, niet meer bestaande, Tunnelweg naar boven naar het eindpunt aan de Parallelweg, bij de Royal-bioscoop.
Als de passagiers waren uitgestapt, dan reed de tram via het Stationsplein rechtsaf de Saroleastraat in, aan het eind daarvan linksaf via de Geleenstraat naar het Emmaplein (tegenwoordig Pancratiusplein). Vandaar reed de tram via een wissel naar het Wilhelminaplein om door de Willemstraat en de Stationsstraat aan de voorkant van het vroegere NS-station uit te komen. De trams uit Kerkrade/De Locht kwamen binnen via de Akerstraat. Aan de centrumzijde hiervan was een wissel waardoor de trams met een grote boog op het Emmaplein konden komen en zo verder via het Wilhelminaplein, Willemstraat, Stationsstraat, Station. Het eindpunt van deze lijn was westelijk van het vroegere station, vlakbij de loodsen van Van Gend & Loos. Van hieruit vertrokken de trams dan weer door de wissels op het Stationsplein, door de Saroleastraat, een stukje Geleenstraat en via een wissel op het Emmaplein de Akerstraat weer in richting Kerkrade.
De totale lengte van de elektrische tramlijnen was 32 km. Zowel naar Sittard/Brunssum, als Kerkrade/De Locht was het tracé enkelsporig maar bij sommige halteplaatsen konden trams elkaar passeren (kruisen in spoorwegtermen). Vanaf1949 werden de tramlijnen opgeheven en op 14 mei 1950 arriveerde de laatste tram uit Kerkrade bij het Heerlense station. 10 Motorwagens en 20 aanhangrijtuigen werden daarna verkocht aan de HTM te ’s Gravenhage. Nadat ze daar ook uit dienst gingen werden ze gesloopt op één motorwagen na die, na enige omzwervingen, nu in het bezit is van de ZLSM te Simpelveld.
Toen het viaduct bij ON I nog niet klaar had je twee gescheiden trajecten,
een aan zuidzijde en een aan de noordzijde van Heerlen, gescheiden door de
spoorlijn. Als een treinstel aan de zuidzijde om een of andere reden naar
de remise moest dan werd dat treinstel via de overweg aan deWillemstraat
over het spoor getrokken, een hels karwei. Ik woonde toen in de willemstraat nr 14, het huis bestaat niet meer, het heeft plaats gemaakt met nog vele andere panden o.a. bij het Wilhelminapleinvoor een school en een parkeergarage (klompstraat).
Mooi artikel, helemaal correct en ook mooi aangevuld door L.van den Hoop.
Het verhaal van het overzetten van de tram bij de overweg aan de Willemstraat, heeft mijn vader ook vaker verteld. Hij woonde in Meezenbroek Het personeel dat op dat moment op de tram zat moest ook meehelpen. Dat was bijvoorbeeld ook conducteur Biesen (of van der Biesen) die ook in Meezenbroek woonde.
Overigens was aan de lijn van Staatsmijn Emma naar Brunssum, ter hoogte van de Koolweg, een verbinding met het spooremplacement van de Emma. Hier werd nieuw trammaterieel overgezet naar het LTM-spoor.
Mooi artikel. Ben zelf tramfan . Ik ken maar weinig LTM-tramfotos , de getoonde zijn bekend. Trams naar Sittard en Brunssum reden bij mijn ouderlijk huis langs op de Akerstraat Noord in Hoensbroek. Juist in mijn geboortejaar (1950) werd de tram opgeheven.
Gelukkig maakt de tram als modern en effectief openbaar vervoer een wedergeboorte door. Jammer is dat laatste voornamelijk in het buitenland plaats. M.i. is Nederland historisch gezien nooit een voorstander van railvervoer geweest en is dat heden nog.
zyn er ook foto s bekend van de tramhaltes on1 cardinaalls en diamantstraat ?