Heerlen Vertelt is nu ongeveer een jaar ‘online’, nadat het idee ervoor eind 2009 concreet uitgewerkt werd. Verhalen over de cultuur en geschiedenis een centrale, voor iedereen toegankelijke plek geven: dat was vanaf het begin de insteek.
Een initiatief waarbij er wellicht niet op al te veel steun gerekend hoefde te worden, zo was (zeker na het ‘culturele rampjaar’ 2010) de verwachting. “De voorgestelde bezuinigingen uit het regeerakkoord treffen de cultuursector onevenredig hard”, schreven de Wethouders van Cultuur van negen grote steden in een brief aan de Staatssecretaris met die portefeuille, een paar maanden geleden.
Toch is er tijdens het eerste jaar dat het platform ‘Heerlen vertelt’ bestaat niet het gevoel ontstaan dat culturele interesse voor de eigen streek en stad aan het afnemen is. Gemeenten ontkomen de komende jaren niet aan bezuinigingen, maar als het aan de gemeenten Westerveld en Heerlen ligt (om maar eens twee gemeenten aan te halen), gaat dit niet ten koste van de kunst en cultuur. “De gemeente Heerlen bevindt zich aan de rand van Limburg in een sociaal zwakkere regio en dat maakt het misschien wel extra belangrijk om in cultuur te investeren”, zo bracht voormalig wethouder Pé Diederen van Heerlen het eerder onder woorden.
Nu is het juiste moment?
Diederen: “In een onderzoek van het ministerie van VROM onder 25 gemeenten eindigde Heerlen in 2009 op de derde plaats wat betreft de leefbaarheid in wijken. Hierbij is gekeken naar veiligheid en cultuur. Dit is een goed voorbeeld van het belang van cultuur, daar moet je niet op bezuinigen!” Daar staan wij van Heerlen Vertelt uiteraard ook nog altijd achter. Zoals wij bij het opstarten van het platform als reden gaven voor de keuze van de stad Heerlen, heeft Heerlen te maken met vergrijzing. Dit tezamen met de groter wordende kloof tussen de jongere en oudere generatie, leek ons juist nu (begin 2010, red.) het moment om deze verhalen boordevol cultuur van Heerlen vast te gaan leggen. Bezuinigingen of niet.
Hoewel de plannen van het kabinet (en de bijhorende bezuinigingen op cultuur) wellicht dus de verwachting zouden wekken dat er in deze tijd weinig steun voor ons initiatief zou komen, was dit in de gemeente Heerlen wel andere koek. Niet alleen kwam er een stroom van reacties en aanvullingen op de verhalen die wij als redactie zelf schreven (veelal gebaseerd op interviews met [oud] Heerlenaren zelf). Ook pakten vele mensen zelf de (digitale) pen op en zonden zij hun herinneringen of wetenswaardigheden in. Aan steun geen gebrek. Tel daarbij op dat het stadarchief Rijckheyt (onderdeel van Historisch Goud) en middelbare scholen enthousiast waren om samenwerkingsverbanden te smeden, en dan waren de negatief gestemde cultuurplannen van het kabinet in 2010 toch weer snel vergeten. Als tenslotte bedacht wordt dat verschillende regionale media (waaronder het Limburgs Dagblad en L1 Radio) positieve aandacht vestigden op het initiatief, kon er achteraf gezien geen veel succesvollere start gewenst worden.
De geschiedenis van toen een plek geven in het Heerlen van nu
“De geschiedenis van toen moet ook zijn plek krijgen in het Heerlen van nu”, zo was in ons aller eerste artikel op de website te lezen. Het vormde een van de kernmotivaties achter het platform Heerlen. Wanneer we terugblikken op een jaar vol (vijftig!) verhalen, kan gesteld worden dat deze achterliggende gedachte zeker tot uiting is gekomen.
Bedenk de H5 bioscoop in het centrum van Heerlen. Duizenden mensen lopen er jaarlijks nietsvermoedend voorbij (of pikken juist een filmpje in de bioscoop zelf), zonder zich te realiseren dat de “H” in H5 niet zomaar voor “Heerlen” staat. Het refereert aan een stukje belangrijke geschiedenis van Heerlen: de Hollandia-bioscoop. Veel mensen dachten in 1964 dat de Hollandia-bioscoop failliet was, maar achter de schermen bleek de sluiting toen een bewuste keuze te zijn: er werd gewerkt aan het creëren van een van de eerste meerzalen bioscopen van Europa! Na enkele jaren werd begonnen met nieuwbouw op de hoek Saroleastraat-Geleenstraat. De huidige ‘H5’ is dus een afstammeling van een van Heerlens oudste bioscopen, en geeft de geschiedenis van toen dus letterlijk een plekje in het Heerlen van nu…
Een ander voorbeeld: de Nieuwe Nor in Heerlen, die niet altijd deze naam heeft gehad. Het poppodium mag dan wel al dik 40 jaar oud zijn, eerder had het simpelweg de naam “De Nor”. Toen er in 2006 besloten werd om de Nor kortstondig te sluiten en het ‘eens over een andere boeg te gaan gooien’, werd er niet voor een compleet nieuwe naam gekozen, maar werd de historische waarde intact gehouden door de toevoeging “Nieuwe” ervoor te zetten. De ‘oude’ Nor leeft zo nog altijd voort in het huidige Heerlen.
Daarnaast is er ook nog de minder ‘zichtbare’ historie van Heerlen, die toch nog altijd een plekje in het Heerlen van nu heeft. Zoals de stukjes steen die mensen hebben bewaard na het omvallen van ‘De Lange Jan’. En zo bracht het verhaal over een neergestorte Engelse straaljager in 1955 in Heerlen reacties teweeg als “Dit verhaal ken ik door getuigen die het toentertijd hebben gezien, helaas zijn zij er niet meer. Het verhaal blijft leven en dat is belangrijk!” of “Als de dag van gisteren! Ik was destijds acht jaar en het was speelkwartier op het schoolplein van de Onze Lieve Vrouwen school in Leenhof. Zoiets vergeet je nooit meer”.
Terugkeer van het verleden
Dan zijn er ook nog ontwikkelingen in komende tijd die de historie van Heerlen verder tot uiting kunnen gaan brengen. Zo spanden de drie zonen van ontwerper Laurens Bisscheroux (1934-1997) zich in 2008 in voor een terugkeer van het welbekende toetergebouw. Natuurlijk niet op dezelfde locatie, maar ergens in een open ruimte in Heerlen. “We willen het niet terug omwille van de emotie maar omdat het een uniek gebouw was”.
Of bedenk het nieuwe station. In 2010 is er begonnen aan de voorbereidingen van het Maankwartier. Daarmee krijgt Heerlen voor de derde keer in ruim 100 jaar een nieuw treinstation. En daar waar in 1893 Henri Sarolea begon met de plannen voor het eerste station van Heerlen, zal met het doortrekken van de Saroleastraat in het nieuwe plan de bezoeker aan de hand van Henri wederom zijn of haar trein kunnen bereiken.
Het werd jaren geleden al eens treffend samengevat in een van de cultuurnota’s: “Cultuur verbindt’, omdat cultuur een brug vormt tussen heden en verleden, tussen mensen onderling, tussen jong en oud, tussen de mens en zijn omgeving. En zo is het – zeker ook in het geval van Heerlen – maar net.
De redactie van Heerlen Vertelt wenst iedereen een heel fijn en inspiratievol 2011!
Ik hoop dat er over 24 jaar weer een jubileum te vieren valt!
Heerlen verteld is een zeer mooie site met leuke en interessante verhalen.
Leesvoer voor de echte Heerlenaar of die gene met interesse voor onze mooie stad!
Alf