Dit is deel twee van het artikel over Heerlen: City-Oost. We kijken hier naar de verdere ontwikkelingen van City-Oost.
Heerlen Stedelijk Knooppunt
In de vierde nota over de ruimtelijke ordening werd Maastricht/Heerlen aangewezen als stedelijk knooppunt ( ‘s – Gravenhage 17 maart 1988). De regering wilde aanpassing van de woningvoorraad en stedelijke vernieuwingen. Heerlen maakt in 1990 plannen waarin het stimuleren van het binnenstedelijk wonen een absolute prioriteit kreeg. Men ging uit van 750 woningen per jaar met voor het centrum een taakstelling van 200 woningen.(6) In City-oost zouden monumenten van cultureel – historische waarde behouden blijven. Verder zijn vooral gezellige pleintjes, stadswoningen, groenvoorzieningen herbergzame terrasjes en goede voetgangersverbindingen met het centrum, het stedenbouwkundige uitgangspunt.
Wie goed kijkt ziet nog de gelijkenis met de voorstudies in de gemeentelijke maquettewerkplaats. Deze plannen stonden vooral ten dienste van de economie en zouden zorgen voor de doorbloeding van de hoofdslagader van Het Loon via een overkapte Promenade naar een nieuw woongebied in City-oost. Er werd veel gesproken over de stationsomgeving. Maar de raad besloot deze pas aan te pakken na het herstel van de andere gebieden in het centrum. Het is belangrijk dat er veel mensen in het centrum wonen: de stad loopt dan na werktijd of na de winkelsluiting niet meer leeg. Er wordt gekozen voor een architectuur die aansluiting zoekt bij de bestaande bebouwing. Heerlen heeft als enige stad in de Euregio de kans om de moderne stad te zijn: de ruime helder moderne stad, “die offene Stadt”. (7)
Warme stadsstraat
Aan de Deken Bemelmansstraat zijn 125 gestapelde woningen en 19 grondgebonden woningen gebouwd naar een stedenbouwkundig ontwerp (van Benthem Crouwel Architects) uit 1994.Belangrijke randvoorwaarde was de voetgangersroute naar het centrumgebied, die overigens nog steeds niet optimaal is. Het voetpad eindigt op een driehoekig pleintje. Teo Bähler van Architecten Manning en Partners ontwierp hier het hoekige Magnolia-huis als overgang naar de Gasthuisstraat. Er zijn spitse balkons en speciaal gebakken stenen in een dambordpatroon. De grondgebonden woningen waren oorspronkelijk bedoeld als stadsvilla’s met praktijkruimten. Hiervoor bestond te weinig belangstelling. De gemeente heeft het gemis aan diversiteit gecompenseerd door straatmeubilair en groen. De woningen zijn ontworpen door het Buro Boosten-Rats te Maastricht. Een smalle straat verbond ook visueel de Klompstraat met de Gasthuisstraat en het pand van het voormalige Juvenaat van de broeders van Sint Joseph. Frappant zijn de erkers en de portieken. Het Architectenbureau van Fred Humblé ontwierp twee L-vormige bouwblokken met gestapelde woningen. Enerzijds voltooien ze het beeld van de nieuwe warme stadsstraat anderzijds omarmen ze kleine pleintjes aan de achterzijde.
Een ondergrondse parkeergarage bleek hier niet haalbaar. Ter verbetering van het woonmilieu is veel zorg besteed aan groen en verlichting. Door toepassing van o.a. hoge entreepartijen met betonnen omrandingen, kleurtoepassing en naar buiten gewerkte kopjes in het metselwerk kreeg de straat een eigen identiteit.
Klein Vaticaan
Het tweede gedeelte van City-oost verwijst met een knipoog naar het kerkelijke verleden van deze plek tussen de Gasthuisstraat en de Putgraaf. Hier stond het forse kloostercomplex van de Congregatie van de Broeders van de Heilige Joseph uit 1867. Referentieproject voor de ontwikkeling van Klein Vaticaan is de Mariaplaats in Utrecht naar een ontwerp van architect Bob (bOb) van Reeth.(8) Het project moest het geestelijk verleden respecteren. Daarom is het oude klooster behouden gebleven. De nieuwe woongebieden hebben een semi-openbaar karakter en komen te liggen aan de Sint Pietershof, die in de avonduren kan worden afgesloten. De rust verbonden met het kloosterleven kan hier zo gehandhaafd blijven.
Vanuit deze hof kan de noord-zuid geplande looproute van de Klompstraat naar de Putgraaf worden voortgezet. In het oude klooster zitten 16 woningen, aan de zuidkant liggen drie urbanvilla’s met totaal 56 woningen. Twee hebben 6 lagen en een andere 12. Tenslotte nog 12 stadswoningen, 6 patiowoningen en 10 vide-woningen. De architecten Fons Rats en Satijnplus hebben een brug geslagen tussen traditie en moderniteit. Naast baksteen zijn er bijvoorbeeld ook gepleisterde gevels toegepast. Door het aanleggen van een ondergrondse parkeergarage is de auto uit de woonomgeving verdwenen. Om City-oost te voltooien zouden er naast de begraafplaats nog drie glazen torens moeten komen elk met 12 lagen samen goed voor 120 woningen.(9)