De zomer van 1969 werd gekenmerkt door een bijzonder, zeg maar historisch, nieuwsmoment: ‘de maanlanding.’ Cruciaal voor de maatschappelijke beroering was de televisie, die destijds toch al in heel wat huiskamers een vertrouwde verschijning geworden was. De maanlanding werd onafgebroken uitgezonden, live dus. Hoe werd dat stukje wereldgeschiedenis vanuit Heerlen beleefd en bekeken?
Jo, die destijds als tiener op de Molenberg woonde, weet dat nog. Hij wilde het niet missen, maar was niet thuis. Toch zag hij de maandlanding: op straat in het centrum van Heerlen.
Met de trein
‘Ik keerde terug van Zaandam’, weet Jo nog goed. ‘Daar was ik met mijn ouders en broertje geweest, op familiebezoek. We namen samen op tijd de trein terug, want we wilden het niet missen en thuis op televisie kunnen zien. Zou het die astronauten echt lukken om op de maan te landen?’ Helaas hadden de treinen ook eind jaren ’60 wel eens vertraging en ja hoor… het was ook op die bewuste 20 juli het geval. ‘Ongeduldig keken we door de raampjes van de trein, om te zien of we de contouren van de Lange Jan en Lange Lies al zagen. Dat was voor mij immers het teken dat we bijna in Heerlen waren.’
En eindelijk doemden ze op in verte: de Lange Jan en zusterschoorsteen Lange Lies kwamen in beeld. Ze waren jarenlang beeldbepalend voor de stad. Jo en zijn familie wisten dat lopen naar huis – de voettocht naar De Molenberg vanaf het station was best een stukje – te lang zou duren. ‘We zouden mogelijk te laat zijn voor hèt moment,’ zegt Jo (toen 17 jaar oud), ‘terwijl mijn broertje en ik er zo geïnteresseerd in waren.’ Terwijl ze toch de weg naar huis inzetten, is een stukje verderop een tafereel te zien dat nog goed op het netvlies staat. ‘Ik zag in de Stationstraat, hoe een aantal mensen zich voor een etalage verzamelden. We dachten nog: wat doen ze daar?’
Winkelruit
Het gevormde groepje mensen blijkt door de winkelruit naar binnen te kijken, waar een televisie geplaatst was. En jawel, hij stond aan: de maanlanding was te zien. ‘We liepen er snel naartoe. Dankbaar maakten we gebruik van de gelegenheid, om zo, ondanks dat we het maar op het nippertje hadden gehaald, getuige te zijn van de meest legendarische nieuwsgebeurtenis uit de 20e eeuw.’ Het was zover. Zeventien over negen, Nederlandse tijd. De eerste mens stond echt op de maan.
In de stationstraat
Jo herinnert zich niet meer precies welke winkel het was. ‘Ik denk dat het ongeveer tegenover het politiebureau was. En stond die televisie daar, omdat het een elektronicazaak was, of omdat de eigenaren deze gebeurtenis gewoon wilden delen met eenieder op straat?’ Wie nog weet wiens televisie er in de winkel in de Stationstraat stond, moet zeker even een berichtje onderaan deze pagina achterlaten.
Enkele uren later, het was toen inmiddels 21 juli, zette Neil Armstrong ook daadwerkelijk als eerste mens ooit voet op de maan. Zijn beroemde, Amerikaanse woorden, zouden ook op vele televisies in de huidige Mijnstreek klinken. En bovendien nog (heel) vaak, herhaald worden. Zoals in het Limburgs Dagblad, die destijds nog gemaakt werd aan de Nobelstraat te Heerlen.